Spinselmot: spookachtig maar ongevaarlijk
In het voorjaar krijgt de gemeente soms meldingen van inwoners over bomen en struiken die zijn bedekt met een laag spinsel. Sommige mensen vinden het hinderlijk als de rupsen de struiken en bomen verlaten en in de tuin kruipen. Anderen vinden het spinsel vies, vooral voor spelende kinderen. Toch is het werk van de spinselmot – want daar hebben we het hier over – ongevaarlijk.
Om preciezer te zijn gaat het om de rupsen van het spinselmotje. Het spinselmotje is een klein wit vlindertje met zwarte stippen. De rupsen eten het blad van de struik en laten een witgrijs spinsel achter. Soms is de hele struik kaalgevreten en van boven tot de grond bedekt met spinsel. Dat levert een spookachtig beeld op. De rupsen van het spinselmotje leven vooral op de soorten kardinaalsmuts, vogelkers, meidoorn en appel. De schade die deze rupsen aanrichten lijkt flink, maar is maar klein in de praktijk. Kaalgevreten struiken of bomen herstellen zich bijna altijd volledig.
Wat is er aan te doen?
Omdat er geen schade ontstaat door het spinselmotje, bestrijdt de gemeente de rupsjes niet. Ze zijn ongevaarlijk. Als ze de tuin inkruipen, dan kunnen ze eenvoudig worden opgeveegd. Over een tijdje, omstreeks half juni, verpoppen de rupsen en verdwijnt het probleem vanzelf.